Leerlijn 24: Volume
Meten met natuurlijke, niet-conventionele maateenheden
- Ervaren dat het volume van objecten bepaald kan worden met behulp van natuurlijke maateenheden
- Een volume samenstellen uit twee of meer andere volumes
- Een volume wijzigen door er iets aan toe te voegen of van weg te nemen en die verandering correct verwoorden
- Aangeven dat het volume van een object niet beïnvloed wordt door de plaats, de richting, de oriëntatie in de ruimte
- Zelf een passende niet-conventionele maateenheid kiezen, het maatgetal schatten en die schatting vergelijken met het meetresultaat
- Na een meting met een niet-conventionele maateenheid voorwerpen ordenen op grond van het meetresultaat (wsc, blz. 78, oef. 1)
- Ervaren en inzien dat kleinere maateenheden een nauwkeuriger meting toelaten
- Zo nodig tijdens de meetactiviteit van maateenheid veranderen
- Het verband tussen de grootte van de maateenheid en de grootte van het maatgetal ervaren en verwoorden (hoe groter de maateenheid, hoe kleiner het maatgetal en omgekeerd)
- Volumes meten met verschillende niet-conventionele maateenheden
- De nood aan standaardmaateenheden ervaren
- Volumes omstructureren om ze beter te kunnen vergelijken (wsc, blz. 82)